Kwaliteitenreflectie houdt in dat leerlingen nadenken over wat ze (niet) kunnen en hoe ze deze kwaliteiten kunnen gebruiken in hun verdere toekomst of loopbaan. Ze reflecteren hierbij over hun eigenschappen en kwaliteiten. Deze kwaliteiten kunnen op hun beurt gekoppeld worden aan beroepen en/of mogelijke studierichtingen die leerlingen in de toekomst wensen te volgen.

Een concrete manier om leerlingen hierbij op weg te zetten, is de reflectiemethodiek STARR(T)-model. Dit model vertrekt vanuit een concrete situatie en peilt naar concrete gedragingen van de leerling. Het model bestaat uit 6 stappen: situatie, taak, activiteiten, resultaat, reflectie en toepassen. Het oplijsten en staven van kwaliteiten met concrete voorbeelden via de STARR(T)-methodiek kan kaderen in een onderwijsloopbaantraject en heeft als doel een gesprek aan te gaan over de kwaliteiten van een leerling. De methodiek kan gebruikt worden voor individuele gesprekken en voor groepsgesprekken. De STARR(T)-methodiek kan schriftelijk voorbereid worden en mondeling toegelicht worden in een loopbaangesprek. In dit gesprek kan een leraar dezelfde stappen van de STARR(T)-methodiek volgen en bij elke stap extra vragen stellen. Het is hierbij niet de bedoeling de kwaliteiten voor de leerling in te vullen. De reflectie en het begeleidend gesprek zetten de leerling zelf aan het denken.

Als je het STARR(T)-stappenplan goed uitvoert krijg je inzicht in je kwaliteiten, in de onderliggende drijfveren en kun je je sterke punten sterker maken en je minder sterke punten verbeteren.

Ga naar website met tips om STARR(T) als leidraad voor loopbaanbegeleidingsgesprek